Mijn all time favoriet is oude geuze. Door het lange inkoken van de wort gedurende 5 uren, krijgt de wort een dergelijke zuurtegraag dat enkel de Brettanomyces gist nog kans heeft om het bier te infecteren. Dit gebeurt door ramen en deuren open te zetten en de wilde gist spontaan (airborn) zijn werk te laten doen. Door dat de gistdeeltjes zo klein zijn bij deze gist variant, kunnen ze door de lucht gedragen worden.
Na de vergisting in het koelschip spreken we van "lambiek" welke op houten vaten wordt bewaard. Na drie jaar bewaring kan de oude lambiek gemengd worden met jonge lambiek (1 jaar oude lambiek). Deze laatste bevat enigzins nog restsuikers. Eens op fles begint de oude lambiek de resterende suikers in de jonge lambiek te verteren. We krijgen een mooi parelend bier van spontane gisting.
Oude Geuze wordt gekenmerkt door een hoge acciditeit. Een complex karakter die mede door gebruik van overjaarse hop (geeft weinig smaak af) een lange bewaring garandeert. Mooi om weten is dat de originele geuze glazen een heel dikke bodem hebben. Dit bier werd dan ook geserveerd met een klontje suiker en een stamper. Naar eigen smaak kon men een klontje suiker toevoegen aan de geuze en dit te pletten in het glas.
Persoonlijk vind ik de oude geuze van 3 fontijnen bijzonder lekker. Maar ook Hanssens, Tilquin en Cantillon zijn top oude geuzes.